Schellinkhouter (Malus domestica Schellinkhouter) nrs. 10 en 33

Hoogstam.

Halfstam.
Gesponsord door Lydia Smits voor dochter Esmée.
Voor meer informatie over deze boom klik op Esmee

 

 

 

 

 

 

 

Afkomst
Goede handappel, gevonden in het Noord-Hollandse Schellinkhout, die volgens het Handboek van de Fruitteelt van Prof. Sprenger uit de dertiger jaren van de vorige eeuw ook in Groningen goed voldeed.
Uiterlijk
Grote vrucht, bleekgeel met rode strepen, onregelmatig van vorm. Wit sappig vruchtvleesvlees.
Smaak
Lichtzuur met aangenaam aroma, dat aan Princesse Noble doet denken.
Pluktijd
September oktober.
Consumptie
Oktober – november.
Gebruik
Ieder die een appel lust, lust vast ook wel een Schellinkhouter. Dat is zijn sterke kant.
Maar het is waarschijnlijk ook de reden dat hij nooit echt buiten West Friesland wortel heeft geschoten. Hij is te weinig uitgesproken bijzonder.
Als Dekker in 1985 in plaats van in 1885 zijn Schellinkhouter had ontdekt en hij commerciëlere antennes had gehad, zou het ras, alleen uitgaand van smaak, wellicht door heel Nederland en daarbuiten verspreid zijn geraakt. De appel heeft het immers in zich door een breed publiek lekker gevonden te worden. Helaas heeft de appel voor de moderne appelboeren ook nadelen, zoals zijn ongelijke grootte en ongelijkvormigheid. Het zit er dus niet in dat de Schellinkhouter nog een commercieel ras zal worden. Maar voor wie gewoon een lekkere goede herfstappel wil hebben is de Schellinkhout alleszins aan te bevelen.